gespiegeld

Gepubliceerd op

Het is 10 jaar geleden dat haar man plotseling is overleden. Haar leven is doorgegaan, de zorg voor haar kinderen, intussen ook kleinkinderen en een nieuwe relatie. Het ging best goed, zegt ze, maar nu heb ik nergens geen zin meer in, ik huil om “niks” en mijn lijf doet zeer.

Als ik haar vraag of ze weet wanneer deze klachten zijn begonnen, vertelt ze dat de beste vriend van haar man enkele maanden geleden ook plotseling is overleden. “Dat was opnieuw weer schrikken voor je, lijkt me”. Ze is even stil. “Nou, vooral voor zijn vrouw, ik probeer er zoveel mogelijk voor haar te zijn nu. Maar ze zegt dat ze het wel redt, ze gaat maar door. Terwijl ik zie dat ze ook verdrietig is”.

“Herken je dat, dat doorgaan?” Weer is het stil. Alsof ze erover na moet denken. Ik leg twee vloerankers op de grond en vertel haar iets over het duale modelproces. Ja, zegt ze, ik herken mezelf eigenlijk heel erg in mijn vriendin.

Wanneer ze op de tafel ligt, leg ik mijn handen een tijdje onder haar schouders. Ik zie dat haar adem langzaamaan wat rustiger wordt. Haar schouders voelen strak. Na een paar strijkingen leg ik mijn handen onder haar hoofd. Daar blijven ze een tijdje liggen en zo voelen we samen. Wanneer ik vraag wat ze ervaart, zegt ze “ik voel wat meer ruimte”.  Aftastend zeg ik: “Misschien ruimte voor jouw verdriet?”. Haar lijf geeft aan dat deze woorden blijken te kloppen, haar lichaam schokt even en tranen stromen langs haar wangen. Mijn handen laat ik nog minutenlang liggen onder haar hoofd.

Wanneer ze weer in de stoel zit zegt ze: Poeh, dat was best heftig. Maar ik voel ook wat meer rust.

We maken een vervolgafspraak.

Uitgestelde rouw om haar man, vastgezet in haar lijf is aangeraakt. Gespiegeld door haar vriendin. Ze wordt zich bewust dat ze altijd maar is doorgegaan, dat ze zich vooral in de herstelfase heeft begeven maar er weinig ruimte was voor stilstaan, het gemis, de pijn en het verdriet.

Wat fijn dat ze heeft uitgereikt. Verwezen door de praktijk ondersteunster van haar huisarts. 

Fiona Duppen
– Foto en © Yvonne Witte
Deel dit blog